De Spaanse Inquisitie duurde van 1478 tot 1834. De definitie van inquisitie luidt als volgt: “Een rechtbank van de Rooms-katholieke Kerk, belast met de opsporing, het onderzoek en het opleggen van straffen aan ketters.”

De definitie van Spaanse Inquisitie is toch net wat anders en luidt als volgt: “De Spaanse Inquisitie is in 1478 opgericht met als doel de katholieke orthodoxie te handhaven. Deze werd pas in 1834 afgeschaft tijdens het bewind van de Spaanse katholiekse vorstin Isabella II. De inquisitie werd gebruikt om de mensen religieuze eenheid op te leggen, daarmee werd de inquisitie een politiek machtsmiddel”.

Het christendom was in de vroegere eeuwen het bekendste geloof dat vele volgelingen had over de hele wereld. Vele katholieke vorsten wilden het christendom behouden en wilden iedereen die iets anders geloofde overtuigen voor het christendom, als degene dit niet wilde werd hij/zij vervolgd.

Gevangenneming

Nadat iemand gevangen was genomen werd de zaak onderzocht door “calificadores”. Deze waren verantwoordelijk of iemand schuldig werd bevonden van ketterij of niet tijdens de Spaanse inquisitie. Als dit het geval was dan werd de persoon gevangen genomen. Soms kwam het voor dat de “calificadores” mensen in preventieve hechtenis namen. Deze periode kon in sommige gevallen twee jaar lang duren. Ook werd de gevangene niet verteld wat de aanklacht was, in de meeste gevallen wisten ze jarenlang niet waarvan ze werden beschuldigd. De gevangenen konden tijdens hun gevangenschap hun cel niet uit, alles werd geïsoleerd. In 1483 werden strengere inquisitoren aangewezen en vanaf dat moment werden in alle hoofdplaatsen geloofsrechtbanken opgericht, de gevangenissen kregen de naam heilige huizen (casas santas).

Proces

Het proces zelf bestond uit een paar hoorzittingen met zowel de aanklager als de beschuldigde die zelf beiden hun verhaal mochten doen aan de inquisitoren. De beschuldigde kreeg iemand uit het tribunaal toegewezen  die de beschluldigde moest adviseren om de waarheid te vertellen. Ook was er een ambtenaar aanwezig die notules bijhield. De beschuldigde had twee mogelijkheden om zichzelf te verdedigen tijdens de Spaanse Inquisitie; allereerst het vinden van een getuige in zijn voordeel (abonos), of ten tweede het aantonen van ongeloofwaardigheid van de aanklagende (tachas).

De Spaanse inquisitie is nooit echt geïnteresseerd geweest in de heksenjacht. Hier waren twee redenen voor, ten eerste omdat de katholieke kerk al voldoende zondebokken had aan de Joden en de Moslims, en ten tweede omdat het christendom meer vijanden had buiten het christendom dan binnenin het christendom (als ketters en later heksen).

Het einde van de Inquisitie

Het einde van de Spaanse inquisitie was in 1843, maar eigenlijk was het al niet meer actief sinds 1700. Toen de katholieke vorst el Borbón op de Spaanse troom kwam was er al een einde aan de Spaanse Inquisitie gekomen.

Precieze cijfers over het aantal processen en uitslagen tijdens de Spaanse Inquisitie zijn nooit helemaal achterhaald, omdat veel documenten verloren zijn gegaan. In de meest gruwelijke jaren van de Spaanse Inquisitie waren er ongeveer 44.000 processen. Volgens documenten eindigde 1.6% met een terdoodveroordeling (700 mensen).

Veel mensen zijn er omgekomen tijdens de jaren van de Spaanse Inquisitie. Vandaag de dag zijn er nog steeds groepen actief die de inquisitie ideologie willen voortzetten. Gelukkig kunnen we elkaar ook respecteren vandaag de dag, maar het onderwerp “geloof” zal altijd gevoelig liggen in de politiek en daarbuiten.

Volgende Stap

Laten we praten! Bekijk ons aanbod en laat ons je helpen om je eigen offerte samen te stellen.

Nieuwsbrief

Interessante verhalen elke maand, rechtstreeks in je inbox.